Fusie of niet: wanneer spreadsheets en opportunisme de overhand krijgen

Je zou zeggen dat het toverwoord ‘fusie’ als oplossing voor kostenbesparing wel iets van zijn glans  zou zijn verloren. Er zijn talloze onderzoek die uitwijzen dat slechts 20% tot 30% van fusies succesvol zijn. Maar niets blijkt minder waar. Het is aan de orde van de dag dat organisaties het argument van ‘schaalgrootte’ aanhalen als legitimatie van een fusie (of overname). En dit geldt in het bedrijfsleven, ziekenhuizen of in de zorg in het algemeen. En zelfs bij overheidsinstanties. 

Make, buy or ally

Het argument van schaalgrootte is echter al lang niet meer valide. Ik ben geen tegenstander van fusies of overnames. Maar mijn stelling is wel dat je in 80% van de gevallen hetzelfde kunt bereiken door een professionele samenwerking op te zetten. Waarbij eigen identiteit behouden wordt en er expliciet aandacht wordt besteed aan de cultuurverschillen, het aansluiten op elkaars operatie en de strategische fit. Het uitgangspunt zou moeten zijn vanuit je eigen strategie om de keuze te maken van: make, buy or ally. Waarbij ally in de meest extreme vorm ook een fusie zou kunnen zijn.

Waarbij je dus verder gaat kijken dan alleen veronderstelde synergie, lees kostenbesparing, die alvast wordt ingeboekt. Je zult naast een financiële analyse diepgaand onderzoek moeten doen naar de sterke punten van de organisaties, de punten waar je elkaar aanvult, de domeinen waar je kunt samenwerken, welke doelstellingen worden geformuleerd en hoe deze worden gemeten. Ook moet van te voren veel aandacht worden geven aan de bestaande en gewenste leiderschapsstijl en cultuur. 

… zogenaamde spreadsheet wijsheid de boventoon gaat voeren.”

Samenwerking

Je zult kortom zo ver moeten gaan alsof je een samenwerking aan gaat waarbij je zelfstandig blijft. Deze aanpak garandeert dat er zeer kritisch naar de uitgangspunten en  het realisme van de cijfers gekeken kan worden. Dit voorkomt dat er alleen financieel gekeken wordt en de zogenaamde “spreadsheet wijsheid” de boventoon gaat voeren. En daarmee de waarheid wordt. 

Thomas Niaounakis

In maart 2021 promoveerde econoom Thomas Niaounakis aan de TU Delf op zijn onderzoek naar de relatie tussen schaaleffecten, herindeling, samenwerking en de kosten van gemeenten. Het blijkt dat herindelingen gemiddeld leiden tot eerder hogere dan tot lagere kosten. Schaalgrootte aldus Thoman Niaounakis. Eén van zijn belangrijkste aanbevelingen is om niet naar schaalgrootte, maar naar een ‘richtinggevende bandbreedte’ te kijken.

‘In mijn onderzoek heb ik naar verschillende taken van gemeenten gekeken. Bij het innen van belasting, zoals de WOZ, loont het om groot te zijn. Het is gestandaardiseerd werk en dat kun je voordelig doen. Bij de andere taken is dat veel minder het geval. Daaruit blijkt dat de optimale schaal, bezien vanuit kostenoverweging, vaak toch iets meer bij middelgrote gemeenten ligt. Hele kleine en grote gemeenten zijn vaak duurder. Waar precies dat omslagpunt ligt, verschilt echter per beleidsterrein.’

Mijn afdronk is dat we moetens stoppen om elkaar na te papagaaien over schaalgrootte maar naar alle mogelijkheden te kijken. En dat kan dus ook een samenwerkingsverband zijn. 

Wim Witteveen
AlliantiePartners

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie